Tribolex    Expertise, ervaring en creativiteit

 

Motorolie voor middelsnel en langzaamlopende diesels en voor industriële gasmotoren

 

.

Content on this page requires a newer version of Adobe Flash Player.

Get Adobe Flash player

Middelsnel en langzaam lopende diesels en industriële gasmotoren hebben gemeen dat ze ontworpen zijn voor een zeer lange levensduur. Daardoor zijn ze aanzienlijk zwaarder gebouwd dan motoren voor transporttoepassingen. Voor stationaire en scheepvaarttoepassingen is het grotere gewicht geen bezwaar. De dieselvarianten draaien op een groot scala aan brandstoffen, van destillaat dieselbrandstof tot stookolie met een zeer hoog zwavelgehalte. De gasmotoren draaien op verschillende gassen zoals aardgas, LPG, propaan, butaan, stortgas, rioolgas. Door de variatie in brandstoffen worden er zeer uiteenlopende eisen gesteld aan de smeerolie. De brandstofkeuze is afhankelijk van wat lokaal voorhanden is. De technische ontwikkelingen volgen min of meer de transportsector: ook hier zijn moderne uitvoeringen voorzien van electronische regelingen, een "common rail" hoge druk inspuitsysteem en van emissiebeperkende voorzieningen.

Content on this page requires a newer version of Adobe Flash Player.

Get Adobe Flash player

Middelsnel lopende dieselmotoren

Deze motoren lijken nog het meest op dieselmotoren in de transportsector. De cilinderinhoud en -diameter zijn echter aanzienlijk groter, het maximum toerental aanzienlijk lager. Toepassing vinden ze in schepen, locomotieven en bij electriciteitsopwekking. Door het in vergelijking met langzaam lopende diesels hoge toerental is het mogelijk uit relatief kleine afmetingen veel vermogen te halen.

Langzaam lopende diesels

Deze motoren hebben gigantische afmetingen en zijn zeer zwaar. Doordat ze langzaam draaien is er relatief veel tijd voor een zo volledig mogelijke verbranding van residuale brandstoffen en kan een rendement van ca 50% worden bereikt. Toepassing vinden ze in zeegaande schepen en voor electriciteitsopwekking. Bij schepen hebben ze door het lage maximumtoerental het voordeel dat ze direct een schroef kunnen aandrijven, zonder dat er een dure tandwielreductie nodig is. Deze motoren draaien altijd op residuale brandstof. Ze werken volgens het tweetaktprincipe., en kennen een gescheiden cilinder en drijfwerksmering.

Gasmotoren

Content on this page requires a newer version of Adobe Flash Player.

Get Adobe Flash player

Gasmotoren zijn vaak afgeleid van dieselmotoren. Er zijn dus zowel middelsnel als langzaamlopende varianten, en zowel viertakt- als tweetaktuitvoeringen. De ontsteking van het gas/luchtmengsel vindt plaats of door een bougie (vonkontsteking) of door een kleine hoeveelheid dieselbrandstof te injecteren ("pilot injection") die na zelfontbranding zorg draagt voor de ontsteking van het in de cilinder aanwezige gas/lucht mengsel. De gastoevoer kan zowel in vloeibare vorm als in gasvorm plaatsvinden.

Smeersystem

Middelsnel lopende motoren kennen een smeersysteem vergelijkbaar met dat van een automotor: een circulatiesysteem met een pomp die er voor zorgt dat de smeerolie op alle plaatsen komt waar dat nodig is. Langzaam lopende motoren kennen zowel een circulatiesysteem (voor het drijfwerk, het kruishoofd en de uitlaatklepbediening) en een verliessmering voor de cilinders. Turbo's van langzaam lopende motoren zijn vaak van een eigen smeersysteem voorzien. Omdat bij langzaam daaiende motoren de turbolagers relatief ver van de hete uitlaatgasturbine verwijderd zijn, vindt er minder warmteoverdracht plaats naar de lagers en is koeling veel minder noodzakelijk dan bij snellopende dieselmotoren. Voor een middelsnellopende motor is dus één soort olie nodig, voor een langzaamlopende minimaal 2 en soms 3 - waarbij de turbo-olie gelijk kan zijn aan de smeerolie voor het drijfwerk. Bij langzaam lopende motoren spreekt men ook wel van cilinder- en systeemolie.

Content on this page requires a newer version of Adobe Flash Player.

Get Adobe Flash player

Samenstelling

Systeemolie kent een eenvoudige samenstelling. Omdat de olie niet in contact komt met verbrandingsgassen volstaat een bescheiden zuurneutraliserend vermogen en een goede oxidatiestabiliteit. De behoefte aan anti-slijtage stoffen is laag, de behoefte aan corrosiewering hoog. De gebruikelijke viscositeit bedraagt SAE 30 of 40.

Als cilindersmeermiddel worden SAE 50 en 60 producten toegepast met een zeer hoog zuurneutraliserend vermogen (TBN 20 - 100 mg KOH/g) en een hoog detergerend vermogen. Dat is nodig omdat residuale brandstof veel meer zwavel bevat dan destillaat brandstof. Het TBN richt zich naar het zwavelgehalte in de brandstof.

Voor viertak dieseltmotoren worden producten toegepast die in vergelijking met producten uit de transportsecttor een hoger zuurneuttraliserend vermogen kennen (TBN 12 - 40 mg KOH/g, afhankelijk van het zwavelgehalte in de brandstof). De behoefte aan detergenten/dispersanten is groot, het type detergent/dispersant is aangepast aan de andere brandstofsamenstelling. Meestal wordt gebruik gemaakt van SAE 30 of 40 "single grade" olie omdat er weinig koude starts voorkomen en de smeerolie vaak kan worden voorverwarmd..

Bij gasmotoren richt de oliekwaliteit zich naar de gassamenstelling. Bij een "smerig" gas (met veel zwavelwaterstof en andere verontreinigingen) zal gekozen worden voor een olie met een hoger zuurneutraliserend vermogen. Bij gasmotorolie komt het aan op de juiste keuze van het sulfaatasgetal. Een hoog sulfaatasgetal biedt een betere bescherming tegen klepinslag, een laag sulfaatasgetal verkleind de kans op detonatie ("pingelen"). Per motortype zal zorgvuldige afstemming moeten volgen.

Specificaties

Er zijn geen algemeen aanvaarde specificaties voor motorolie voor deze motoren. Iedere motorfabrikant geeft slechts een beperkt aantal producten vrij, nadat deze uitvoerig in de praktijk zijn getest. Het aantal aanbieders in deze sector is dan ook beperkt.

Meer informatie